Weet je het niet meer met een kind? Radeloos? Probeer dit eens!

Je kent ze wel; van die kinderen waarbij je soms letterlijk met je handen in het haar zit. Je bent echt radeloos. Zo’n jongen waarvan je echt geen idee hebt wat je nog kunt doen om hem mee te krijgen in de groep. Een meisje dat onbereikbaar lijkt. Je hebt zo onderhand alles geprobeerd. Het duurt al een tijdje. Je hebt geen zin in je dienst. Je ziet er tegen op om morgen voor de groep te staan.

Eigenlijk ben je er klaar mee. Het liefst zou je eens flink uit je slof schieten. Maar ja, dat kan nou eenmaal niet.

Wat dan wel?

Tijdens mijn werk in de kinderpsychiatrie stond ik op een ‘structuurgroep’. Speciaal voor kinderen die meer structuur nodig hadden. Lees: meer gedragsproblematiek. Zeker in het begin zag ik er soms tegenop om naar mijn werk te gaan. Want hoe zouden ze zich vandaag gedragen? Deze kinderen waren onvoorspelbaar. Met de meeste kinderen kon ik het goed en makkelijk vinden. Maar er waren kinderen bij waarvan ik geen idee had wat ze van me vroegen. Wat ze nodig hadden. Wat ik ze kon bieden zonder dat ze het afwezen.

Ik leerde een oefening, die me vanaf dat moment enorm geholpen heeft in alle  jaren daarna. Op momenten dat ik het even niet meer wist met een kind. Of als ik een fijne dienst wilde. Of wanneer ik speltherapie geef aan een kind waarbij het vastloopt.

Wat je doet, is het volgende:

Voordat je gaat slapen, denk je aan het kind of de groep kinderen. Neem ze in gedachten. Kijk naar ze. Wanneer je niet weet hoe je met een kind verder kan, stel je in gedachten een vraag. Wat heb je van me nodig? Wat kan ik voor je doen? Wees zo objectief mogelijk als je naar het kind of de groep kijkt. Zonder waardeoordeel. Het kind of de groep mag zijn zoals ze zijn.

Daarna wens je hen en jezelf een goede nacht en spreekt de intentie uit van een fijne dag morgen. Vervolgens draai je je om, ga je lekker tukken en laat de nacht het werk doen.

Wat je doet, is van te voren een lijntje leggen met het kind. Je stemt je vast af en biedt hem de mogelijkheid hetzelfde bij jou te doen. Dat maakt de overgang de volgende dag veel makkelijker.

Ook kun je het kind in gedachten dan een vraag stellen. Bijvoorbeeld: wat heb je nodig? wat kan ik voor jou doen? Wat mij dan vaak gebeurt, is dat ik vervolgens over het kind droom en een antwoord krijg op mijn vraag. Of dat ik de volgende ochtend wakker schiet met een super idee om mee aan de slag te gaan voor dit kind.

Deze manier van werken heeft me veel heerlijk relaxte diensten opgeleverd en geeft me bijna altijd antwoord wanneer ik in een therapie dreig vast te lopen. It works!

Droom fijn!

 

Download hier mijn gratis e-book:
“10 dingen over tekeningen”